Zeven op de tien apotheekteams ondervinden dagelijks last van frustratie en/of onbegrip van patiënten. Afgelopen jaar had 40 procent van hen wekelijks last van verbale en/of fysieke agressie. 20 procent maakte deze vormen van agressie dagelijks mee. De onvrede en agressie in de apotheek is een belangrijke reden voor de uitstroom van personeel.
Dat blijkt uit een enquête van apothekersorganisatie KNMP waarop ruim achthonderd openbaar apothekers hebben gereageerd. “In de praktijk zien we dat het onbegrip over het medicatiebeleid van zorgverzekeraars en de grote geneesmiddelentekorten onterecht wordt afgereageerd op apothekers en -assistenten”, aldus KNMP-voorzitter Aris Prins.
Een groot deel van de zorgverzekeraars kiest welk merk geneesmiddel de apotheker ter hand stelt aan een patiënt. Als de zorgverzekeraar besluit om een ander (goedkoper) geneesmiddel in te kopen, krijgen de patiënt en apotheker te maken met een wisseling.
In de praktijk leidt dat beleid van zorgverzekeraars volgens KNMP tot veel onrust. In het verlengde hiervan wordt ook het nieuwe hulpmiddelenbeleid van zorgverzekeraars als oorzaak van frustratie en agressie genoemd. Voor een deel van de verzekerden is het niet mogelijk om bijvoorbeeld katheters, diabetes- of verbandmateriaal via de vertrouwde apotheek in de wijk te ontvangen. Apothekers moeten patiënten gaan doorverwijzen naar internet-groothandels. Dat brengt diverse ongemakken met zich mee.
Ruim duizend tekorten
Ook de geneesmiddelentekorten speelt sinds jaar en dag de apotheekzorg parten. Voor het derde jaar op rij zijn afgelopen jaar meer dan duizend genoteerd. “Het gaat om een enorme verscheidenheid aan tekorten. Het zijn inmiddels niet alleen maar tekorten van geneesmiddelen die door een kleine groep patiënten worden gebruikt”, zegt Prins. “We zien ook tekorten ontstaan van bekende middelen die door grote groepen worden gebruikt.”
Tekorten aan geneesmiddelen leiden volgens Prins tot veel ontsteltenis. “Maar die ontstaan door externe problemen met productie, distributie en kwaliteit. Denk ook aan economische redenen. Zodra de productie op gang komt, staat Nederland – als goedkoop medicijnland – achterin de rij.”