Beveiligers kunnen een uitstekende rol spelen bij het voorkomen van terrorisme. Zij kunnen als extra ogen en oren fungeren voor de politie en andere veiligheidsdiensten. Daartoe is het wel nodig dat stappen worden gezet op het vlak van samenwerking tussen de genoemde partijen.
Dat stelt de Nederlandse Veiligheidsbranche in een brief aan de Tweede Kamer ter voorbereiding op een commissiedebat over aanpak en voorkoming van terrorisme en extremisme. Dat debat vindt plaats op 11 december.
In de brief stelt voorzitter Ard van der Steur van de Nederlandse Veiligheidsbranche dat duidelijk is dat de politie het ‘niet alleen af kan’. Hoewel er veel initiatieven zijn als het gaat om publiek-private samenwerking tussen beveiligingsbedrijven en overheidsinstanties, gaat dat volgens Van der Steur te langzaam en op te kleine schaal. Hij roept de Kamer op om aan te dringen op snellere ontwikkelingen.
Van der Steur ziet voor de ondersteuning van de politie vooral een rol voor de 32.000 Nederlandse beveiligers als ‘ogen en oren’. Beveiligingsbedrijven beschikken over geavanceerde technologische instrumenten om plekken en situaties te observeren. Daarmee kunnen beveiligers de 63.000 politiemensen van snelle en accurate informatie voorzien.
Heel concreet ziet Van der Steur mogelijkheden op het vlak van informatiedeling (wat gebeurt er?); opsporing (waar bevindt iemand zich?); aanpak van ondermijning (bijvoorbeeld het vinden van illegale producten met behulp van scanners); bewaken en beveiligen (gebeuren er vreemde dingen rond een persoon of object?).